Hoe kunnen
wij weten dat er een God is?
Velen geloven niet dat er
een God is omdat ze daarvoor geen bewijs hebben. Ook de
wetenschap insinueert meestal dat er geen God zou zijn. Zo zijn
ideeën ontstaan over het ontstaan van het Heelal ( de
oerknaltheorie ), en de ontwikkeling van soorten dieren uit
andere ( evolutietheorie ).

Avondrood:
Acryl op katoen 60 x 80 cm.
Maar zijn deze theorieën
wel waar?
Nee, de oerknaltheorie kan
niet omdat er nu eenmaal niets kan voortkomen uit niets.
Bovendien zou volgens die
oerknaltheorie het Heelal steeds langzamer moeten uitdijen en
uiteindelijk zou alles weer moeten samenkomen ergens in het
midden ( zwaartepunt ). De laatste ontdekkingen tonen echter aan
dat het Heelal steeds sneller uitdijt, inplaats van wat geleerden
jarenlang voorspelden.
Ook de evolutietheorie
klopt ook niet.
De bio-diversiteit neemt
momenteel met meer dan 30 soorten per dag af. Toch komt er niet
één soort op natuurlijke wijze bij.
Volgens de
evolutie-theorie zou bovendien het leven alleen voortplanting en
voortbestaan tot doel hebben van de sterkste en de slimste. Voor
ons voortbestaan is het bijvoorbeeld niet nodig dat we kleuren
kunnen zien. Zwart-wit zien, of alleen infra-rood, zou ook
voldoende zijn voor ons voortbestaan. Het zien van kleur zou een
overbodige luxe zijn die zich niet zou ontwikkelen. Maar het zien
van kleuren is er!
In het tijdperk van de
dinosaurieërs waren zoogdieren niet groter dan een rat. Gelooft
u dat walvissen, en zelfs de mens, van een soort rat afkomstig
zijn? Het eerste leven zou zelfs bacterie-achtig zijn. Miljoenen
jaren zouden dat ineens wel mogelijk moeten maken, geheel zonder
Schepper. En dat terwijl het nu alleen lukt om bijvoorbeeld van
honden kleine honden te fokken, of juist hele grote, maar er een
kat van maken gaat u natuurlijk te ver.
Ook zitten de archeologen
nog steeds met de missinglinks, de tussenvormen die ontbreken,
maar die overvloedig aanwezig zouden moeten zijn, bij de
geleidelijke overgangen van de ene naar de andere soort.
DNA onderzoek heeft
aangetoont dat alle mensen één gezamelijke moeder ( Eva )
zouden hebben, dus dat we niet als groep langzaam geëvolueerd
zijn.
De evolutietheorie geeft
geen antwoord op de vraag waarom bijvoorbeeld bloemen mooi zijn,
om te overleven is dit niet nodig. Het maakt de insecten die ze
bestuiven niet uit of ze mooi zijn of niet, als er maar stuifmeel
en nectar te halen is.
De evolutietheorie geeft
geen antwoord op de vraag waarom wij moraal, naastenliefde en
mededogen hebben. Voor ons voortbestaan staan concurenten ons
juist in de weg, alleen de sterkste en de slimste zou zich zoveel
mogelijk moeten voortplanten. Serie-moordenaars van zwakkere
soortgenoten en serie-verkrachters zouden in dat opzicht juist
logisch en volmaakt handelen. Toch zal niemand hun gedrag
goedkeuren, behalve hun eigen zieke geest misschien.

Berg met
dorpje: Olieverfschilderij 50 x 40 cm.
Maar hiermee is hooguit
bewezen dat de oerknal- en evolutie-theorie niet kloppen. Een
duidelijk bewijs dat er een Schepper moet zijn is gelegen in de
baan waarin de Aarde rond de Zon draait. De Aarde wordt precies
even hard door de Zon aangetrokken als hij uit zijn cirkelvormige
baan wil vliegen. Interessant, maar waarom lukt dit wonder dan
niet met satellieten. Satellieten draaien ook in het luchtledige,
maar zijn voorzien van raketjes die ze van tijd tot tijd een paar
honderd meter verplaatsen om ze op de plaats te houden. Het is
niet normaal dat de Aarde miljarden jaren in zijn baan blijft.
Stel we plaatsen twee krachtige magneten vlak bij elkaar, en we
hangen er een naald tussen. Het is overduidelijk dat binnen mum
van tijd die naald naar of de ene, of de andere magneet zal
vliegen. Er is duidelijk iets nodig om de naald langdurig op zijn
plaats te houden, een meet en regelsysteem. Zo is het ook met de
Aarde, of hij vliegt naar de Zon, of hij verdwijnt in het Heelal.
In werkelijkheid is het nog gecompliceerder, er slingerd nog een
Maan omheen, er zijn van tijd tot tijd inslagen van Meteorieten,
en er zijn nog andere Planeten die aantrekkingskrachten
uitoefenen. Geen enkel object in de ruimte zal van nature
miljarden jaren in een precieze baan rond een groter Hemellichaam
blijven draaien, het is een instabiel evenwicht. Het meet- en
regelsysteem moet wel van God afkomstig zijn ( zie Psalm 78:69,
Psalm 104:5, Prediker 1:4 ).

Ook de wijze waarop een
klein volk als de Joden, in de oudheid, herhaalde malen uit
slavernij bevrijd werd, is een duidelijk voorbeeld dat er een God
moet zijn. Denk maar eens aan de bevrijding uit Egypte, een
wereldmachtmacht waarvan de Farao denkt dat hijzelf God is, laat
niet zomaar zijn slaven gaan ( Exodus 3:4-17, Ex 5:2, Ex 7:21, Ex
8:6, Ex 8:17, Ex 8:24, Ex 9:6, Ex 9:10, Ex 9:23+24, Ex 10:14, Ex
10:22+23, Ex 12:7+29, Ex 14:21-28 ).
Later gingen de Joden weer
in ballingschap in het verre Babylon ( Irak ), de volgende
wereldmacht. Deze viel zoals voorspeld ten prooi aan de Meden en
de Perzen ( Jesaja 13:17-18 ). Zelfs in één nacht viel het
Koninkrijk Babylon ( Daniël 5:30+31 ). De Meden en Perzen lieten
later de Joden gaan, zoals voorspeld ( Jeremia 25:11, Da 9:2,
Ezra 1:1-5 ). Welk ander klein volk gaat zo vaak in slavernij en
ballingschap en keert terug naar het Heilige Land? Zonder God was
dit beslist niet gebeurt!